Hoi, ik ben Greta, 67 jaar. Laat me één ding helder maken: ik ben geen gratis oppas die je zomaar kunt inschakelen. Mijn kleinkinderen zijn niet mijn dagelijkse verantwoordelijkheid. Begrijp me goed: ik hou ontzettend veel van ze en ik geniet ervan om te zien hoe ze opgroeien. Maar er is een grens. Het idee dat ik, nu ik met pensioen ben, altijd paraat moet staan om op te passen, slaat nergens op. Soms lijkt het alsof mensen vergeten dat ik ook mijn eigen leven heb.
Na jaren hard werken wil ik eindelijk genieten van mijn rust. Ik wil dingen doen waar ik vroeger nooit aan toe kwam: reizen, mijn hobby’s oppakken, bijpraten met vrienden en vooral genieten van mijn vrijheid. Natuurlijk wil ik mijn kleinkinderen zien en tijd met ze doorbrengen, maar wel op mijn voorwaarden. Ik wil niet de druk voelen dat ik per se beschikbaar moet zijn zodra er oppas nodig is.
Wat me echt stoort, is die gedachte dat grootouders vanzelf een verlengstuk van de ouders zijn. Als jonge ouders het druk hebben, wordt er vaak automatisch naar opa en oma gekeken. Maar mijn tijd is ook kostbaar. Ik heb m’n eigen kinderen grootgebracht; nu is het aan hen om dat te doen voor hun eigen kids.
Waarom grenzen trekken nodig is
Ik snap dat het misschien een beetje scherp klinkt, maar het is tijd om het eerlijk te zeggen. Er hangt vaak een verwachting in de lucht dat grootouders altijd kunnen inspringen. Zeg ik een keer “nee”, dan voelt het soms alsof mensen denken dat ik minder om mijn familie geef. Dat is niet zo. Het gaat erom dat ik mijn eigen leven leid en mijn grenzen bewaak.
Af en toe oppassen vind ik prima—als het me uitkomt. Maar het moet geen vast schema worden of voelen als een tweede baan. Het idee dat grootouders oneindig veel tijd en energie hebben, klopt gewoon niet. We hebben allemaal onze eigen grenzen, en ik bewaak die bewust.
Veel vriendinnen van mij worstelen met hetzelfde. We praten vaak over hoe lastig het is om onze kinderen teleur te stellen. Het voelt soms alsof je faalt als je je eigen plannen voorrang geeft. Maar ik heb geleerd dat opkomen voor jezelf belangrijk is. Ik wil mijn tijd besteden zoals ík dat wil. Ik wil mijn kleinkinderen zien opgroeien, maar niet ten koste van mijn vrijheid en welzijn.

Hier zou best een bredere discussie over mogen zijn. Vaak wordt gedacht dat grootouders vanzelfsprekend klaarstaan, zonder te vragen wat wij zelf willen. Na een leven van werken en opvoeden is het onze tijd om van het pensioen te genieten. Dat betekent niet automatisch dat we opnieuw de zorg voor een jonge generatie op ons nemen—tenzij we dat zelf kiezen.
Ik ben trots op de band met mijn kleinkinderen en die wil ik koesteren. Tegelijk wil ik dat ze snappen dat oma niet altijd beschikbaar is. Er is een middenweg tussen er voor hen zijn en mijn eigen leven leiden. Het is belangrijk dat jonge ouders dat zien. Je tijd bewaken en grenzen stellen is niet egoïstisch; het is nodig om goed voor jezelf te zorgen.
Daarom ben ik er open over naar mijn kinderen. Ze weten inmiddels dat ik niet standaard kan oppassen. We hebben duidelijke afspraken gemaakt over wat ik wel en niet doe, en dat scheelt een hoop druk. Het blijft soms lastig, want je wilt niemand teleurstellen. Maar ik weet dat ik het recht heb om “nee” te zeggen, zonder schuldgevoel.
Kortom: ik ben niet zomaar een gratis oppas, en dat is helemaal oké. Ik hoop dat andere grootouders ook voelen dat het prima is om hun eigen tijd en ruimte te beschermen. Het gaat niet om ondankbaarheid of minder liefde voor je familie. Het gaat erom dat je jezelf serieus neemt en je eigen keuzes respecteert.
Wat vind jij van dit standpunt? Herken je dit als grootouder, of als ouder die weleens op grootouders vertrouwt? Deel je mening op onze Facebook-pagina—ik ben benieuwd naar je ervaringen.



