Voor Wanda, 54, en haar man is het leven geen makkie. Ondanks hun beide inkomens, blijft financiële zekerheid een verre droom. In hun knusse huis in een woonwijk wonen ze met hun twee tienerkinderen en proberen ze continu te besparen. Luxe dingen doen ze niet aan; vakanties en uitgaan om te eten zijn niet aan de orde. Toch is het elke maand weer een gevecht om alle rekeningen te betalen, ondanks hun eenvoudige stijl van leven. Geldzaken zijn een constante bron van irritatie.
De steeds stijgende kosten maken het er niet beter op. Zelfs de boodschappen worden duurder met de dag. Recent werd het nog eens benadrukt in een artikel dat supermarkten als Vomar en Albert Heijn hun prijzen hebben verhoogd. Hoewel deze supermarkten weinig winst maken op basisproducten, heeft het toch een grote impact op het budget van Wanda. Met de inflatie en verhoogde energiekosten erbij, gaat hun salaris er al doorheen voordat ze er erg in hebben.
De constante druk van geldzorgen
Wat Wanda en haar gezin vooral beklemt, is het ontbreken van financiële ademruimte. Er is geen vangnet in de vorm van toeslagen omdat hun inkomen nét te hoog is om daarvoor in aanmerking te komen. Hun huis is prima geïsoleerd, maar investeringen zoals een warmtepomp zitten er niet in. Zonder spaargeld worden ze door elke tegenslag direct in de problemen gebracht. Wanda voelt zich enorm schuldig als ze haar kinderen moet vertellen dat er geen geld is voor kleine uitjes, zoals een bioscoopbezoek.
Wanda heeft al heel wat stappen gezet om te besparen. Ze heeft abonnementen, sportlessen en bepaalde verzekeringen opgezegd. De boodschappen worden gehaald op de markt of bij discounters zoals Aldi. Thuis staan de thermostaat laag en duren de douches kort. Deze besparingen schelen wel wat, maar leveren niks op tegen de stijgende zorgkosten en de waardestijging van hun huis. Het voelt alsof ze vast zit, met de lasten die blijven opstapelen.
Onder die constante druk vraagt Wanda zich af of ze niet beter af zouden zijn met een uitkering en toeslagen, in plaats van al dat harde werken om vervolgens alle inkomsten meteen weer uit te geven. Het is alsof ze tegen verwachtingen vechten die ze nooit kunnen waarmaken en een systeem dat niet echt helpt, terwijl anderen in vergelijkbare situaties het misschien beter hebben.
Het vakantiegeld dat binnenkort binnenkomt, biedt niet echt verlichting; het is noodzaak in plaats van luxe. Een deel wordt gebruikt om de bankrekening weer wat aan te vullen, terwijl de rest opzij wordt gelegd voor onverwachte uitgaven, zoals vervangingen van kapotte apparaten. Wanda weet dat er veel mensen zijn met grotere problemen en vindt het moeilijk om te klagen. Toch verlangt ze naar een tijd waarin financiële rust vanzelfsprekend was en onverwachte kosten geen extra druk met zich meebrachten.