Er zijn momenten dat iemand hardop zegt wat anderen niet durven te uiten. Vandaag ben ik die persoon. Ik ben Chantal, 32 jaar oud, moeder van twee kleintjes, en ik heb spijt. Echt diepe, rauwe spijt.
Mijn meisje van vijf is lief, slim en altijd nieuwsgierig. Maar mijn zoontje van twee? Hij is net een storm in het klein. Gekrijs, dingen gooien, bijten, schreeuwen — dat is mijn dagelijkse soundtrack. Er is geen pauzeknop, geen uitknop.
Vroeger dacht ik altijd dat kinderen een zegen zijn. Dat klonk heel mooi, totdat je 32 bent, uitgeput, ondergekotst, en voor de derde keer in één week onder de douche huilt. En zelfs je shampoo bent vergeten te kopen.
Mijn man werkt dagelijks twaalf uur. Hij zegt: “Ik doe het voor ons gezin.” Maar eerlijk? Hij heeft rust op kantoor, met koffie en een comfortabele stoel. Ik zit in de chaos, bedekt met vlekken en een dreumes op mijn nek.
Zestien uur per dag ben ik bezig met moeder zijn. Eten geven, luiers verschonen, veters strikken, bekers opsporen, ruzies sussen, afwas doen, weer luiers. Als het meezit, kan ik douchen voordat de wijn op tafel komt.
Ik verlang naar wie ik was
Er was een tijd dat ik echt leefde. Avonden op een terras met vriendinnen, spontane weekendjes weg, zorgeloos op de bank zonder iemand die aan je oren trekt of je telefoon afpakt om deze in het toilet te gooien.
Ik had dromen en plannen. Nu vind je kruimels in mijn beha en snot van mijn peuter op mijn mouw. Elk moment van de dag word ik geleefd. Deze dagen voel ik me meer een stel armen om te dragen en benen om achterna te rennen.
Mensen zeggen vaak: “Geniet ervan, voor je het weet is het voorbij.” Maar wat als ik er niet van geniet? Wat als ik liever de vrouw was zonder kinderen, die kon genieten van vrijheid, stilte, eigen gedachten en ochtenden met warme koffie?
Ze zeiden destijds dat kinderen je leven verrijken. Maar niemand vertelde dat ze ook je tijd, energie, relaties en identiteit zouden opslokken. Soms voel ik me meer gevangen dan moeder. Meer uitgeput dan liefdevol.
Ik hou echt van mijn kinderen, geloof me. Maar liefde is niet altijd gelijk aan geluk. Je kunt van iemand houden, maar toch snakken naar een ander leven. Een leven dat nu niet meer terug te krijgen is. Dat is de ware pijn.
Een moeder die ik niet wilde zijn
Ik was die vrouw die altijd zei: “Ik word nooit zo’n klagende moeder.” Maar hier ben ik dan. In de kinderboerderij, denkend aan stilte, zon, een glas wijn en een gesprek zonder tranen of onderbrekingen.
Ik ben boos op de samenleving die moeders eerst romantiseert en ze dan laat verdrinken in vermoeidheid en schuldgevoel. Het moederschap is geen sprookje. Het is dagelijks werk, zonder pauze, zonder erkenning, zonder beloning.
Mijn man vraagt soms: “Maar je hebt zelf voor kinderen gekozen?” Ja, dat klopt. Ik koos ervoor, maar ik wist toen niet dat ik ook koos voor het verliezen van mezelf, mentale overbelasting en voortdurende emotionele uitputting. Niemand zei dat tegen mij.
Zal ik je wat vertellen? Als ik kon, zou ik mijn leven zonder kinderen zo terugnemen. Niet omdat ik mijn kinderen haat, maar omdat ik mezelf kwijt ben. Ik ben er nog, maar diep begraven onder speelgoed en schuldgevoel.
Soms bekruipt me de gedachte: wat als ik dit allemaal niet meer wil? Niet het moederschap zelf, maar deze onhoudbare versie ervan. Een versie zonder hulp, zonder momenten voor jezelf, zonder ruimte voor de persoon die ik was en wil zijn.
Wat denk jij?
Ben ik een monster omdat ik dit hardop zeg? Of misschien juist eerlijker dan de meeste ouders zich durven uitspreken? Hoeveel vrouwen denken er zo over in stilte en durven het niet toe te geven? Hoeveel moeders huilen ’s nachts om overdag te zeggen dat alles “prima” gaat?
Ik weet dat ik ze liefheb. Dat is niet het probleem. Het probleem is dat liefde niet altijd genoeg is als je jezelf volledig moet opofferen. En dat durf ik te zeggen.
Misschien ben ik egoïstisch. Misschien ben ik dapper. Maar één ding weet ik zeker: je spijt uitspreken betekent geen haat. Het is een roep om balans, erkenning en ruimte voor de persoon achter het moederschap.