Vanaf nu geen vleesnamen meer voor vega: dit zijn de nieuwe regels

Europarlement wil vleestermen schrappen bij plantaardige alternatieven

Als het aan het Europees Parlement ligt, verdwijnen een hoop vleesachtige benamingen van verpakkingen van plantaardige producten. Woorden als schnitzel, burger en worst zouden dan niet meer gebruikt mogen worden voor items waar geen dierlijk vlees in zit. Het voorstel is gisteren aangenomen en zet de toon voor een pittige discussie over taalgebruik, marketing en duidelijkheid in het schap. Voor makers van vleesvervangers kan dat betekenen dat productnamen, etiketten en campagnes op de schop moeten.

Uitslag: ruime steun, maar geen onmiddellijk verbod

Volgens de NOS stemden 355 Europarlementariërs voor en 247 tegen. De richting is daarmee gezet, maar er verandert niet meteen iets. Eerst werkt de Europese Commissie het plan uit. Daarna buigen de landbouwministers van de lidstaten zich erover. Pas na die stappen kan een verbod echt ingaan. Je hoeft dus niet te verwachten dat “vega-burger” morgen al uit de schappen is verdwenen, al is de kans groot dat etiketten op termijn wél aangepast worden.

Waarom die termen ter discussie staan: verwarring en concurrentie

De kern draait om de vraag of woorden die je normaal met vlees associeert, ook op plantaardige producten thuishoren. Voorstanders van een verbod vinden dat labels als schnitzel of worst consumenten op het verkeerde been kunnen zetten: je zou kunnen denken dat het om vlees gaat, terwijl het plantaardig is. Ze wijzen er bovendien op dat vleesvervangers qua uiterlijk en presentatie steeds dichter naar vlees toe kruipen, wat de concurrentiedruk op veehouders zou vergroten.

Critici: dit speelt de vleeslobby in de kaart

Het besluit wordt door velen gezien als een meevaller voor de vleeslobby, die al langer pleit voor strengere regels. Hun boodschap: boeren en vleesproducenten ondervinden nadeel van de huidige situatie. Doordat plantaardige producten “vleesachtig” ogen en klinken, zouden zij marktaandeel verliezen. Tegenstanders van het verbod vinden dat te kort door de bocht en stellen dat consumenten heus wel doorhebben wat ze kopen als er duidelijk “plantaardig” of “vega” op de verpakking staat.

Wat blijft waarschijnlijk toegestaan? Termen als bal en schijf

Hoe de lijst met verboden woorden er uiteindelijk uitziet, is nog niet helder. Willem van Weede, topman bij Vivera/De Vegetarische Slager, gaf aan dat het nog onzeker is welke richting dit opgaat. Hij denkt wel dat algemene aanduidingen zoals “bal” of “schijf” waarschijnlijk kunnen blijven. Je krijgt dan productnamen die de vorm beschrijven, zonder directe link met vlees. Fabrikanten zullen dus creatiever moeten worden met aansprekende namen die binnen de regels passen.

Waarom plantaardig vaak de slimmere keuze is

Op de NOS-site legt econoom Koen Boone (Wageningen University) uit dat we in Europa ruwweg drie keer zoveel vlees eten en produceren als goed is voor klimaat, natuur en onze gezondheid. Als je alle maatschappelijke kosten en baten meeneemt, is plantaardig volgens hem vaak de verstandige keuze. Vanuit dat perspectief zou je verwachten dat Europese regels vooral het algemeen belang dienen, en niet in de eerste plaats de belangen van vleesproducenten beschermen.

Wat gebeurt er nu? Uitwerking en mogelijke aanpassingen

De bal ligt bij de Europese Commissie om het verbod concreet uit te schrijven, gevolgd door een besluitronde bij de landbouwministers. Tot die tijd verandert er niets aan de huidige etiketten. Voor producenten is het wel logisch om alvast na te denken over nieuwe namen, verpakkingen en communicatie. Voor jou als koper kan dat betekenen dat vertrouwde woorden plaatsmaken voor duidelijkere, vormgerichte benamingen. Hoe snel dat gaat, hangt af van de politieke voortgang en de uitwerking die Brussel nog moet leveren.